Page 52 - tmp
P. 52
Malbun
We kwamen langs een alpenweide en daar zouden Murmeltiere zitten,
alpenmarmotten, die familie van de eekhoorns zijn. In de weide stond een auto, dus
de beestjes hadden zich verstopt. Evengoed reed hij er kruipend voorbij en stond zo
nu en dan stil om nog even goed te kijken. Uiteindelijk kwamen we Malbun aan.
We zagen de sneeuwkanonnen en de skiliften. We hadden gehoopt dat we naar
boven konden met een kabelbaan, maar het was nu tussenseizoen, dus geen skiërs
en ook nog niet genoeg zomerwandelaars. Bijna alles was gesloten, de winkels en
bedrijven hadden nu seizoensvakantie. We gingen de bus uit en de chauffeur
vertelde dat we een uurtje later met een collega terug konden rijden. Ik vroeg hem of
hij ook nog een rit zou maken. Dat was het geval. Hij zou om 14:41 uur vertrekken.
Dat gaf ons genoeg tijd om rustig rond te kijken. We besloten om eerst zo ver
mogelijk naar boven te lopen. Uiteindelijk eindigde de weg bij het laatste huis in het
Trogdal, dus een trogvormig dal met hier aan twee zijden alpenweides met de namen
Turna en Sareis. Ze zijn vernoemd naar de toppen van de gelijknamige bergen.
Naar deze toppen gaan skiliften, die er nu werkeloos bijlagen. We zaten hier aan
de grens van Liechtenstein met Oostenrijk. Door het dorp en dal stroomde de
Malbunbeek. Het water kolkte naar beneden, het had natuurlijk geregend de laatste
dagen. De toppen om ons heen waren nog voor een groot deel bedekt met sneeuw,
die er niet overal even wit meer uitzag. We zijn bijna naar het einde van de weg
gelopen en konden bij een plek met sneeuw komen. Dat moesten we natuurlijk even
zien en voelen. De sneeuw was glad, maar dat is een kenmerk van sneeuw, dus zo
merkwaardig was dat niet. Op alle sneeuw lag een groezelig laagje.
De maagdelijkheid was ervan af.