Page 56 - tmp
P. 56

Het was een hele vredige sfeer met het rustgevende geklater van de beek en de vele
               met mos bedekte of overgroeide beelden en bouwsels. We konden er rustig lopen
               zonder gestoord te worden door anderen. Pas toen we met ons bezoek klaar waren,
               kwamen er een paar bezoekers aan. Voor we wegreden, overlegden we met de
               chauffeur of we op de terugweg nog twee tempels konden bezoeken die ons gisteren
               ook al waren opgevallen, een gele en een rode tempel. Dat was geen probleem.
               Het was een aardige chauffeur die goed reed. Helaas was onze communicatie
               minimaal. Het is toch eigenlijk gek dat hier zo weinig mensen Engels spreken en als
               ze het spreken dan is het vaak een half Thais-Engels mengsel. Daarbij hebben ze als
               veel Aziatische mensen problemen met bepaalde letters, zoals de bekende r, maar
               ook de p. We stelden voor dat wij morgen een tocht rond het eiland zouden maken
               naar plekjes die we al hadden willen zien en nu wel konden bereiken. Hij blij en wij
               ook. Even later kwamen we aan bij de Sila Ngu-tempel of Wat Ratchathammaram,
               die lag aan de steile kust langs de ringweg. De tempel had een terracottakleur. Dat
               viel wel op. De muren en het dak van deze tempel waren verfraaid met bas-reliëfs
               en zorgvuldig uitgevoerde sculpturen, zowel binnen als buiten. Verscheidene Hindu-
               goden waren er afgebeeld zoals Hanuman, de aapgod en Ganesh, de olifantgod en
               nog veel meer Hindu goddelijke wezens zoals Rahu, die de zon opeet, maar ook
               zeedemonen met hun hoofd uitstekend boven stormachtige golven en enorme vissen
               die iemand opslokten.












































               Wat Ratchathammaram

               Aan het verste eind was een altaar met een vergulde Boeddha. Dichter bij de zee
               stond een hoge, gele stoepa, waarbinnen, in nissen beeldjes van Boeddha stonden,
               bedekt met bladgoud, geschonken door de gelovigen.
   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61