Page 140 - tmp
P. 140
Ondertussen was het droog geworden en begon zelfs de zon te schijnen. We hadden
al gezien vanmorgen op Buienradar dat het slechte weer net zo'n beetje tot
Portovenere reikte, het plaatsje waar we zouden overnachten. Het was dus een
kwestie van geluk of het zou regenen of niet. Jammer was dat we vaak door tunnels
reden, zodat je veel van het landschap miste. We waren ondertussen beland bij
Cinque Terre waar de trein ook een keer stopte in een van de plaatsjes waar we later
zouden logeren in Riomaggiore. Bij deze op een na laatste stop voor La Spezia
riepen ze om, dat ze op tijd waren aangekomen. Daarom gingen we even voor de
beoogde aankomsttijd in La Spezia ons alvast klaarmaken om uit te stappen. De trein
begon ook langzamer te rijden en stopte bij een station, maar daar konden we er niet
uit. We begonnen weer te rijden. Geklemd tussen iedereen die uit wilde stappen
bleek dat we zeker nog tien minuten verder moesten rijden. Gelukkig hadden we
geen aansluiting die we konden missen. De volgende rit zou een korte busrit worden.
Dit was het eindstation van de trein. In het station was het smoordruk. We kochten
eerst kaartjes voor de bus bij een tabakszaak. Net als in Frankrijk zijn dit belangrijke
punten om allerlei zaken te kunnen regelen. De bushalte zou slechts vijf minuten
lopen zijn van het station. La Spezia was een drukke stad. De bushalte was minder
gemakkelijk te vinden, dan we dachten, maar na een paar keer vragen kwamen we
toch op de juiste plek. Een Olympische atleet had de afstand naar de bushalte
waarschijnlijk in vijf minuten kunnen lopen. Wij deden er iets langer over. Na een
kwartiertje wachten kwam de bus. Deze bus rijdt langs de oostkant van het
schiereiland waarop aan de westzijde Cinque Terre ligt. We reden langs een
behoorlijke haven, waar ook oorlogsschepen lagen. De tocht ging over een smalle
en drukke weg langs de grote Porto Lotti baai. Geroutineerd reed de chauffeur de
eigenlijk te grote bus voor deze weggetjes langs de baai. Na zo'n twintig minuten
werden we gedropt bij het haventje van Portovenere. Aan de overkant lag het
natuureiland Palmaria, dat we zeker willen gaan bezoeken. Het bleek dat ons
onderkomen tegen de berghelling lag. Via een erg steil weggetje liepen we naar
boven, een vermoeiende klim. We kwamen bij een soort steegje en dat kwam uit
bij een trap naar beneden.
Uitzicht vanaf het terras van onze B&B op het kasteel